Voetbal termen

Tijdens voetbal wordt er veel gebruik gemaakt van speciale termen. De trainer gebruikt deze termen natuurlijk tijdens het coachen, maar ook in het commentaar op televisie zul je deze termen vaak voorbij horen komen. Daarom is het wel handig als je weet wat deze begrippen betekenen. Wij zullen een paar termen uitleggen zodat je een goed idee krijgt van deze leuke teamsport!

• Keeper of doelman: Dit is de persoon die het doel 'bewaakt'. Hij moet er voor zorgen dat de bal niet in het net wordt geschoten. Hij is de enige persoon in het veld die de bal met de handen mag vastpakken
• Verdediger: Deze spelers assisteren de doelman met het 'bewaken' van het doel. Zij mogen de bal níet met hun handen aanraken.
• Middenvelder: Deze spelers zorgen voor de overgang tussen de verdedigers en de aanvallers. Wanneer de verdedigers de bal hebben afgenomen van de tegenstander, spelen deze de bal door naar de middenvelders die de bal vervolgens door passen richting de aanvallers
• Aanvaller: De taak van de aanvallers is om de bal bij de tegenstander in het doel te schieten. Vaak wordt er samen met de middenvelders een mooie aanval opgebouwd.
• Hoekschop: Wanneer een speler van een team de bal over de eigen achterlijn speelt, krijgt de tegenstander een hoekschop. De bal wordt dan in de hoek van het veld geplaatst en de tegenstander mag deze weer het veld in schieten.
• Hands: Wanneer een speler de bal met zijn arm of hand aanraakt, is dit hands. Dit is verboden.
• Buitenspel: Wanneer er tussen de aangespeelde speler en de keeper géén tegenstander staat, wordt dit als 'buitenspel' gezien.
• Strafschop: Als er een grove overtreding wordt gemaakt, dan kan men een strafschop krijgen. De bal wordt dan op 11 meter voor het doel gelegd en een speler krijgt de kans om op doel te schieten.